378 KUIPERS OVER DE H. S. oordeelende, de nagels niet vast in? Wie vindt het niet belachlyk, wan neer hy, ter toelichting, van hoska II: 2, op dat ik ze niet naakt uit (Ir oove den berugten Doctor bahrdt, zeer deftig hoort zeggen (m): dat het in het Oosten, voor de grootfte fchande, gehouden werdt, wanneer een Man, zyn Vrouw, naakt buiten de deur ftootte? Want, ei lieve! waar is dat geen fchande? Wilde men zo, elk ge zegde, dat in den Bybel voorkomt, uit Reizen ophelderendan zou men ter toelichting, van zulke plaatzen alwaar van de oude Hebreengezegd wordt, by voorbeeld, dat zy geboo- ren wierdenen flierven insgelyks uit het getuigenis, der Reizigers, moe ten bewyzen, dat de hedendaagfche Oosterlingen, heel juist conformmet de oude, ook nog in de Weereld koo- xnen, en er mede eens uitgaan! 8. Men moet zig insgelyks onthouden, van, (m) Apparat. criticus ad formandum V. T. Inter preten. Verg. michaelis Or. it. Ex. Bibl. IX. Th. I'. xoó.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1786 | | pagina 452