OVER HET GROND-YS. 405 iyk, dat de koude die het Ys vormt en uit den dampkring komt, geen Ys kan maaken op den grond der Wa teren, zonder eerst al het Water, dat boven is, te hebben doen bevrie zen; en daarna, dat men nooit op den bodem van ftroomend Water Ys zal vindenen de Aarde daar van een anderen aart is, dan die, waar mede het Grond-ys is belaaden. Dan, alle deeze redenen gelden by ve-elen niet: zy blyven de Ys-formee- ring, namelyk die van het Grond-ys op den bodem der Wateren be wee- ren, en brengen daartoe zulke ver- fchynfelen by, die, in den eerften opflag, zeer fterk voor hun gevoelen fehynen te pleiten. Zy zeggen, by voorbeeld, dat men, by het ontlaaten van weder, wanneer het fpiegel-glad de van het Ys geweeken isZand aan treft, namelyk, op de oppervlakte van het Zee-ys, by voorbeeld tus- fchen het Eiland Ens in de Zuïder-zee en de Stad Campen. En is dat Zand, vraagen zy, daarin niet geraakt, toen liet Ys aldaar op den grond werdt ge formeerd? Men voegt hier by, dat, wanneer de Bcwooners van dat Ei- C c 3 land

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1786 | | pagina 481