9. Men fchryve niet alleen het
meergemelde verfchil, tusfchen den
Logar. van het afgefnedene heeltal, en
dien van het volgende maar ook van
den naastvoorgaanden en naastvolgen-
denzoo dat men drie eerfte differ en-
tien hebbe. Het tweede dier verfchil-
len trekke men van 't eerfte; en het
derde van het tweede: waardoor men
twee differentiae fecundae bekomt, wier
fom gehalveerdeen middelbaar tweede
verfchil differentia fecunda mediazal
opleveren.
De helft hiervan, vermeenigvuldigd
met het telkundige (d) ver vu fel (comple-
mentum arithmetician) van het proportio-
néle deel, voege men by het bevorens
I
432 K. K. REITZ, BEREKENING
op-
(J) Ik vooronderftelle bekend te zyn, dat men,
door het telkundige vervuljMdie getallen verhaat
welken by eene Xe breuk gevoegd wederom de één
heid te voorfchyn brengen. By voorbeeld van o84
is het arithmetifche complement 0:16 dat van
o 1234 is o 8766 van o 98765 is het vervulfel
o01235 dcwyl elk van dezen.by hunne breuken
gevoegd, famen 1. uitmaken.
Wyde'rs is het naaulyks noodig te melden dat het
op 'tzelfde uitkome, of men ff halve middelbare verfchil
met het geheele complement van 't evenredige deelof
de helft van 't complement met de gantfche middelbare
differentie vermeenigeof eindelyk heiden geheel met
elkander gemultipliceerd hebbende, de helft der uit
komst neme.