498 S. DE WIND OVER dende vloed, wat meerder ruimte, en had kort daar aan gelegenheid, om het gezwel te omflaan en wat laager te doen zakken; dit verrigt heb bende, bracht ik de Tang a jeaux ger- meiti, waar mede het genoegen had, den fungus merkelyk uit den baarmoe ders mond te doen zakken, en met de vingers te fixeerenals dan den zilveren draad om de tang heen brengende, had ik weinig moeite dezelve om den fungus heen te leggen; en daar op de zilvere draaden, door den conductor anfaeflerk na my haaiende, kon ik duidelyk de beklemming, die naar wensch geplaatst wasgewaar wor den hier van wel verzekerd draaide ik met het Hokje den zilveren draad in éénen meende dus myn oogmerk, in eenen geregelden trek achter den anderen, te bereiken; dan reeds weinig tyds gedraaid hebbende, had ik het ongeluk, dat de beide draaden by den hals van den polypus aan £tuk fprongen, waar door mynepoogmg vruchteloos afliep. De zilveren draa den, welke men hier toe gebruikt, zyn over 't algemeen zeer taai, doch fomtyds zoo broos, datzy op eene ichielyke bui- Sing

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1786 | | pagina 574