heen llegs tien menfchen leeven kon den thans twintig menfchen een goed en gelukkig be liaan vinden, iseenfoort van Schepper, en een navolger der God heid.Hoe meenige geleerden heb ben in ons Vaderlanden ik zelvede pennen ffcomp gefchreeven, en te ver geefs de keel lieefch gefchreeuwdom ons vruchtbaar Land te vermeerderen. plato was zoo gierig op het Landdat hy geen plaats voor de dooden over had zoo 'cr maar eenige vruchtbaarheid in wasop dat de doodep de plaats niet zouden inneenlen,welke tot graanen kon den verftrckkenom de leevendigen te voeden. In ons Vaderland denkt en han delt men anders: door de zwaare las ten, huur en ongelden zien wy den Boer uit zyne goederen raaken, en in de droogmaakeryen heb ik een meenig- te Boeren gekendwelkemet zwaar werken te gronde gingenen derzelver boedels by executie zien verkoopen. De groote gevaarten van Lusthooven en Diergaarden toonen ook, dat wy zoo gierig op het land niet zynals plato. De geduchte Veepest, dieyslykegee- fel voor onze runderen, welkersnadee- lcn zoo zeer bekend zynen waar te gen noch niets zekerder gevonden wordt dan 94 CORNEL IS TERNE, OVEPv DE

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1786 | | pagina 116