en een meenigte bygeloovigevalfche
en afgodifche ondeugden en gewoon
ten uit ons Vaderland verdelgd worden,
welke zoo vaak by het begraven der
dooden plaats hebben.Doch laat ons
verder gaan.
Een derdeen niet mingewigtige oorzaak
waar aan het hegraven in de Steden en
Kerken zyn oorfprong verfchuldigd isen
ook noch door blyft flandhoudenis te vin
den in de voordeden welke 'er de Steden
of liever de Kerken uit trekken
Deeze oorzaak is zoo gewigtig, dat
alle Schryvers, welke zich tegen het be
graven in de Kerken verzet hebbende
zelve als een der voornaam fre hebben
aangemerkt, waarom de Regenten van
ons Vaderland het begraven in de Ker
ken niet hebben afgefchaft. Men kan
hier over nazien den beroemden Hoog
leeraar te water, in het vierde deel
van het Zeeuwfch Genootfchapbl. 637,
638 en 639; den voortrefflyken Hoog
leeraar kluit, in zyn uitmuntende
Inweijings reden voeringbl. 4546 enz.
een werkje dat nimmer genoeg door
Overheden en Burgers kan geleezen wor
den hoffman,in Comment. Jur.Can.
de Coemet: ex Urhibus tollendispag. 63.
en andere uitmuntende Schryvers meer.
Trou-
BEGRAVING® IN STEDEN ENZ. I43