DE BEGRAVÏNGE ENZ. 223
nen dood daar gelegd te konnen worden. Con-
tor dia res &c.
BI. 17. Voor Christenen gepaster. Doch ten
onrecht, want de eerfte Christenen begroeven
hunne dooden in de open Velden, Hoven en
aan de wegen; dan, onder de latere hristenen»
is het begraven in de K ;rken aiiengskens inge-
iloopen, en wel op voorgang van Keizer Cm-
ftantyn den Grootenweike gewiid heeftdat
by in de Kerk der Apostelen zoude begraven
worden» die hy met dat oogmerk gebouwd
had, op dat de Keizers en nisfehoppen digt by
de overbjyffels der Apostelen zyn zouden. So
crates Lib. i. Lap. Ulr. P 76. Dit voorbeeld
(zoo als 't niet zeiden gaat)wierd ras door de
aanzienïykftenen daar na door den minderen
rang der Christenenhoe zeer 'er ook tegen ge
veerd wierd, gevolgd. Hoe zeer gy enz. Zoo
lang het Bottend enz. (g)
BI. 18. Begraven buiten Steden en Kerken
houdt men voor Schande. De oorzaak ligt in de
eerzugt en hoogmoed der menichendie zich
zelfs tot den dood en begraving uitftrekt. Stond
het veelen in hunne magt, zy zouden de doo
den in de eerfte en kostbaarfte Kei ken, met
eene praal boven hunnen itand» trots den bes
ten doen begraven. Hoen dien een aantal men
ichen rekenen het als een byzonder voorrecht,
dat hunne Ouders en bloedverwantenjuist in
eene en dezelfde Kerk begraven zy.., enz >uden
het hoogst misdaadig reekenen, zoo 1 mand
ft 5 hun-
Cg) ft/ren vergelykc Cave eerfte ChristendomUtr.
1692, bi. 551.