24-b aanhangsel over vertrouwen mogt ftellen, dat alles in orde zou de toegaan. Welke nieuwe Kerkmeesters alleen moesten opzicht hebben op het nieuwe buiten Kerkhof, Ln op dat hun gezag en luister, by ®t gemeen erkend wierde, en gewenfchten in vloed hadue, zoude men dezelve eenige nieuwe eer behoor en te geeven by voorbeeldeen ze keren rang in verfcheide gevallen, onderfchei» den zitplaats in de Kerkenzoo veel de Her vormden betreft. Want van deeze vier dienden 'er ten mioften twee Roomfchgezinden onder te zyn, doch mannen van eer en deugd, op dat niemand van die gezindheid eenige aanleiding van ongenoegen gegeeven wierde, maar dat veel eer van hunne zyde het nieuwe Kerkhof, des te vuuriger begeerd wierde. Zoo nagelaatene vrienden verkiezen, of de overledene belast heeft, hem eene Openbaare Lykftatie te geeven 't zy tot aan de Poortof tot aan het Graf, behoorde de Regeering te be- fluiten, dat alle de Magiftraatsperfoonende twaalf eer[le Lykenvan wat rang, die ook zouden mogen zyndie naamelyk daar buiten. begraven zouden worden, achter op zouden volgenom dus alle mogelyke eer aan het eerst begraven der Lyken buiten da Stad byte zet ten; ten zy iemand dat niet moge verkiezen. Concordia res &c. BU 78. De oude Begraafplaatfen in cle Ker ken en op de Kerkhoven moestenmet ge roerd worden Zoo iemand gezet was de been deren en wat iets meer hunner overledenen is, in de Kerken te doen opdeiven, naauwkeu- xig te vergaderen, en dezelve wei gefchikt in een

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1786 | | pagina 270