Het vaste blad geeft eene vertooning
van dat gedeelte van denwyduitgeftrek-
ten Starrenhemel, dat men den Dieren
riem noemt, en 16 graden breedte heeft,
waar in de ZonMaan en alle de Pla
neeten behendig van het Westen naar
het Oosten rond wandelen.
Jn dezen Dierenriem zyn geteekend
I. De 12 Starrebeelden zoo kleinere als
grootere, die in den Dierenriem flik
keren volgens de nieuwe en verklein
de Hemelkaarten van den Heere Flam-
fleeden de i *^de Tafel van den Hee
re Bode, in zyne Handl: tot de kennis
van den Starrenhemel, bl: 573 en
volgende.
II. Eene Ecliptica (Zonsweg of Taan-
kring) midden in den Dierenriem in
teekens en graaden behoorlyk afge
deeld om daar door de juiste lengte
van Zon en Maan aan te wyzen.
III. Een kleine Cirkel aan de binnen
zyde van den Dierenriem in 23! dee-
len van ongelyke grootteten noor
den en ten zuiden van de Evennachts-
punten verdeeld, om hier aan de gra
den der Noorder- en Zuiderdeclinatic
van de Zon daaglyks te konnen bc-
fchou wen, (V)
xrinnbb. D- IV. Een
om
STARREKUNDIGE MAANWYZER. «57
CO Onder dit Cirkeltje kan men dito trekken s