OVER DE EGALE GELDSPECIËN. 15I. mjïein gehalte en gewigt op 50 Jïu'wen te reguleren (c)terwyl voor dien tyd geen Nederlandfche Ryksdaalder in gehalte en gewigt hooger dan tot 48 huivers in ons Gemeenebest bekend was. Hier door meende men het kwaad te zullen overwinnen: maar in den Jaare 1622 wierden, door de Hee- ren Staaten van Zeelandreeds weer op nieuw veele foorten van vreemde Muntfpeciën Billioen verklaard (d). Een blyk dat deeze voorzorg in Zee-, land minder dan in Holland ten goede hadt gewerkt. Ja op verfcheiden ty- den heeft men in Zeeland een wezent- lyk gebrek (e) aan Inlandfche Stand^ penningen gehad, zoo dat men zich wel voor eenen tyd daar door belem merd vond in de Negotie met Hol land, by welke gelegenheid alle in landfche Specie fcheen verdweenen te wezen doch dit duurde llegts korten tyd; het beloop van veele buitenland- fche Inkoopen moet, door de Zeeuw» K 4 lcne (c) Volgens Pjacficit van 13 February 16:9. (dj Volgens Placaat van 11 Augustus 1622. (e) Dit gebrek fchynt nochtans geen plaats gehad te hebben, dan na de verhooging der zilvere Ducaa- ten.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1786 | | pagina 171