154 J- F- muller antwoord dig de Hollandfche Wisfels met in- landfche Contanten te betaalen, of de Contanten in natura naar Holland te zenden. Alles werkte medeom de vreemde Geldlpeciën der gebuuren van Zeeland in die Provincie te ver meerderen; de inlandfche Specie wierd alleen aangezien als een foort van Bankgeld, waar mede men Holland fche Wisfels betaalde, die men op Holland kogt, of van daar op Zeeland getrokken waren. Het zou nochtans met dit alles niet mogelyk geweest zyn, Zeeland ten eenema^i van inlandfche Standpennin gen uitteputten, maar wel in zoo ver re te doen verminderen, dat daarvan op zekere tyden een groot gedeelte in de andere Provinciën bleef roulleeren, die niet weer terug konden keeren voor dat Zeeland goederen daar voor in de plaats kon geevenen in dien tusfchentyd moest Zeeland zekerlyk van vreemde Muntfpeciën overllroomd worden. Maar deeze terugkeering kon niet misfen, onvermydelyk te moeten volgen, door de jaarlykfche Verkoo- pingen van de Oost-Indifche Compag nie in Zeeland, waar van Holland wel het

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1786 | | pagina 174