gelen der zeven gemeenten. 22g eer zou beftaan, konnen wy befluiten uit den brief, welken hy aan de Smyr- nafche gemeente zelve fchreef, en haar vermaant, om eenen heiligen Man te verkiezendien van eenen brief te voorzienop dat hy met de Antiochïèrs God zou verheerlykenover den vre- dedien zy mogten genistenen dat zy, op de gebeden der Smyrnafche ge- me ent e, de haven van fiille rust bereikt hadden (a)". Een dergelyke be de had die trouwhartige Ziele-zorger ook aan de Gemeent van Philadel- phie (b). Schoon het nu wel kan zyn, dat de hartlyke liefde, die ignatius zynen Antiochïèrs toedroeg, en de in nige blydfchap, welke hy over derzel- ver heuchlyk lot gevoelde, hem die verzoek te krachtiger zal hebben doen aanklemmenen de bezending te 1 plechtiger hebben doen begeeren: is het evenwel denkelyk, dat hy niets ongewoons, of ongebruiklyks zal ge vergd hebben. *7° Uit dit alles blykt het middag-klaar, dat (b) Epist. ad Philadelph. C. X. L, L, pag. 53^ (a) iGNATix Epist. C. XL

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1786 | | pagina 243