gelen der zeven gemeenten. 237 ten Man, eenige geestelyke gaven mogten ontvangenof, zoo als zeker geleerd Man het opvat, pm het Avond maal met Hem te houden (n); maar ookom dezelvennaar lighaam en geest, te verkwikkengelyk hy in zyne Brievenaan de Gemeenten van EphefenMagnejieTralies en andere, met dankzegginge te kennen geeft, en uit voorbeelden in het vervolg nader blyken zal. Zoo zien wy dan, dat het, en in den tyd van jesus Apostelenen ook daar nagansch geen ongewoons zaak was, Gezanten af te vaardigen, om, ky 28, (n) In liet zoo even gemelde Mtirtyrlum ignatii Cap. Illvinden wy, dat de Kerken van Afie zich [poedelen naar Ignatius situ; i^epoc iictpig^etroQ hurratrt- meuii-ctrtyis, om eenigdeel van geestlyke gaven van Hem te ontvangenen even van te vooren werd 'er ver haald, dat die Bloed-getuigegeest lyke gaven aan l'olycarptjs had medegedeeld. Hier uit befluit j. clericus, die, gelyk bekend is, ons een' fraaien Druk van de Patres Apostollci heeft bezorgd, in eene aanteekening op de gemelde plaatsdat gelyk poly- carpus met Ignatius het H. Avondmaal gehouden heeft, de Ajlatifche Kerk-gezanten tot dat zelfde oog merk gekoomen zyn. Of die opvatting Heek kan hou den is ons werk nietom te beflisfen.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1786 | | pagina 257