géten der zeven gemeenten. '241
31»
Het wordt, vervolgens, toegedaan;
en wy vinden geene reden, om het
te betwyffelen, dat de perfoonen
aan welken de Apocalyptifche brieven
gefchreeven zyn, Opzieners der Ge
meente waren. Dan Leeraars en
Opzieners, Hoofden der Gemeenten,
waren ook deeze Kerk-ge zant enepa-=
phrodijt was een Bedienaar van het
Euangelie by de Pbilippers. paulus
noemt Hem, phil. IV: 25, zynen Broe
derzynen Mede-arbeideren Mede-Jiry-
der. En zoo epaphras, de Gezant
van de Christen-gemeente te Colosfus,
een perfoon isonderfcheiden van
epaphroDitus, gelyk meer dan waar-
fchynlyk is (r), was deez ook een voor
naam Opziener aldaar. Ook heb-
xiu. deelQ ben
(r) h. grotiusad initïum Emng. lucae was
van oordeel, dat de naam epaphras was faam ge
trokken uit epaphroDitus gelyk lucas door
faamentrekkingvoor lucanus werd gezegd; en
dat dus epaphras en epaphroditus dezelfde per-
loon Was. Dë Heer De ruiter, in not. ad Scipion.
Gentil, Comm. in Epist. ad Philemon, pag. 192, heeft
deeze gedachten op nieuw trachten aan te binden en
finaaklyk te maaken. Doch well.igt niet overtuigend"
bondig.