EEN OUD ZEELIEDEN HOSPITAAL. 21 doek behangen, en van boven glad beplakt, met eene boven het behang- fel omgaande eenvoudige plaklyst. Nevens den even vermelden doorgang d, treft men iri het voorhuis eene deur e aanhier mede koomt men in de zoogenaamdeBoekhouders kamer dit is een vertrek van negentien voeten in zyn vierkant, heeft mede een plan ken vloer, een eenvoudige betimmer de fchoorfteen en mantelvoorts ziet het met twee lichten op den Vlisfingfen weg. Over de deur van deeze kamer, is eene deur hier gaat men mede in. het falet, of ordinaire woonvertrek van den Vader en Moeder; dit is vol maakt als het zoo even befchrevene, van den Boekhouder, ingericht, en is ook van dezelve grootte. Hier aan is noch een vertrek van vyftien voeten breed en negentien voeten lang, dit is mede volkomen gelyk aan het vorige ingericht, en ziet met een lichtnaar den Vlisfingfen wegis gedestineerd tot een flaapkamervoor den Vader en Moeder, heeft eene deur, om in den vleugel te koomen, alwaar vertrekken zyn, die dikwerf door de Moeder dienen be- zogt te worden, Deeze pasfagie is, B 3 doop.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1786 | | pagina 33