ZINTUIGEN OP DE WIJSBEGEERTE»1 449 pad kan gehouden wordenals hy vrywillig derzelver wyzen raadvoor het heilig richtfnoer zyner vrye wer ken houdt. Bekooren hem Waarheid en Wysheidde Godsdienst zy zyne Leidsvrouw! deeze geeft het hart ee~ ne ftandvastige gefchiktheidom zich. naar het voorfchrift der Rede te ge dragen. De rust, het genoegen en de voortreflykheid van den Mensch, in een woord, zyne volmaaktheid beftaat in het leeven en werkennaar de in- fpraak der Rede, onder het beduur van den Godsdienst: deeze geleidt hem deeds op het enge pad der Wysheidhet geen voor hem be- koorlyk wordt, zoo dra hy zich een hebbelykheid verkregen heeft, om het zelve te betreden. Daar vindt hy de onaffcheidbaare gezellinnen der Wys heid: Vergenoegdheid, Zelfsvoldoe- ning, Blydfchap en Grootmoedigheid; daar geleidt hem de Godsdienst, zon der omzien, met een grootfehen tred, en doet hem wandelenvolgens het beduur van zyn voortrefiykst en edelst beginfel: de infpraak namentlyk der gezonde Rede, het licht der Natuur, een draal der Godheid, door den zui- XIII. DEEL. Ff ve-

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1786 | | pagina 471