quoniam Aerem terrae continentis de- pellit, ejusque in locum affert Aërem vaporibus aquofis e mari elevatis refer- tumidque etiam de Africo Cauroque verum est: fequitur inde, a talibus Vends humidis et irigidisconflitudo- nem noftrae Atmospherae, quae per fe talis esfe, ex jam dictis patuit, quam plurimum in fua humidicate adaugeri. Sed et hoc imprimis adnotare ve- lim, quod, etfi Aër noster frigidus humidusque fit, pierique morbi fre quenter hie obvii non adeo respiciant eos, qui adulta aetate, firmiore cor poris jaabitu, magisque vegeta vitae vi prae- 474 G. WINDII DISSERTATIO vaste Land doet afdryvenen in de plaatsecu Lucht met uit Zee opgctrokkcnc Waterdampen aan brengt, en men dit ook van den Westen en Noord westen wind kan zeggenzoo volgt daar uitdat door zulke vogtige en koude Windende geftcldheid van onzen Dampkring, welke gelyk uit het reeds ge zegde blykt, zoodanig van zich zelve is, in haare vogtigheid noch fterk toeneemt, Dan, dit wil ik in het byzonder aangemerkt heb ben, dat fchoon onze Lucht koud en vogtig is, de meeste Ziektens echter, die mén hier gewoon'lyk beeft, niet zoo zeer invloed maaken op hen, die totjaaren gekoomen, fterk en in de kragt van hun ke ven zyn, die of vrywillig, of het geen meer gemeen

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1786 | | pagina 496