38 C. KAYSER ANTWOORD OVER ve, welbekende, órdentelyke burger lieden te neemen, van den Hervorm den Godsdienst, welke, geduurende hun reeds verdreken leeftyd, blyken van een goed caracter in de faamenle- vinge gegeeven hebben, uitmuntende in orde en beduur van hunne eigene zaaken, kundig in die, waar toe men dezelve voordraagt. Zoo zoude men tot Vader en Moeder moeten hebben, twee bedaagde, gehuuwde lieden, zonder kinderen: de Vader zou, bui ten bovengemelde qualiteiten, het lee- zenfchryvencyfferen en boekhou den ordentelyk moeten verdaan kundigheid hebbenom directie te voeren, en een behoorlyk ontzag te houden; de Moeder zal, behalven het reeds voorgefteldein allen opzigte eene goede huishoudder moeten zyn, kundigheid hebben van het bereiden van fpyzen, op de minst kostbaardc wyzevan de qualiteit en prys der eetwaren; van alle huisfelyke bezighe den: het linnen-naai jen verdaan; ken nis fe hebben van den aart en eigen- fchappen van alle het nodige, tot voorraad voor kleedinge, huisraad, bedden en töebekooren een voor- S.'V.e' -j U - i xX 1 q-

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1786 | | pagina 50