70 C. KAYSER ANTWOORD OVER
die de Godsdienst-oeffeningen zou moeten
verrigtengelyk ook onderwys in de God-
delyke waarheden ge evenen verdere re-
gulativen dien aangaande.
Daar het de zucht van ieder redelyk
Burger, waar Vaderlander en Gods-
dienftig Christen is, dat de verbeterin-
ge van zeden zich tot de gerinefte
foort van menfchen mogte uitflrekken
Hoe veel te meer moeten wy veron-
derftellen, dat zulks de wensch zy van
hun, die, uit edelmoedige zorge, voor
ongeJukkigenzulk eene vraage, als
waar van wy thans het antwoord be
werken, hebben opgegeevenwelke
zelfs in die opgave, in algemeene be
woordingen, dit ftukniet onaangeroerd
laaten.
Wy zeiden, verbeteringe van ze
den: v/ant die brengt voort eene bete
re en ligtere bevattinge van den Gods
dienst, en dus is dit het (tip, waar van
begonnen dient te worden. Vestigen
wy onze gedagten op de opvoedinge,
die verre de meeste van onze te huis-
vestene, ongetwyffeldzullen gehad
hebben; op den gewoonen leeftrant,
en handelinge van hunwier ziel zoo
ilerk fchynt bedeeld te worden, uit de
woest-