34 GED. GEEST. GEKK. GEMS. GENEESK. van het Landwaarin men woontby welke alge- meene zwarigheden nog anderen komenten aan zien van den Godsdienstde zedenden finaak de taalen den (laat der kennisfen van het Vader land: bl. 298329. GEESTKUNDE. Zie Pfychologie. GEKKO'S. Zie. Salamanderen (onderfcheid derenz. GEMSBAL: of gemskogel. Zie Steenen (dier/yke), GENEES- en heelkunde. Zie Kaarsje (verwy- dendj. - Genees- en heelkundige waarnemingendoor j. s. o. dinckler. V. Deelbl. 255280. beftaan- de in zes waarnemingende eerjleover de heil zame kracht van den vluggen geest van Ammoniak' zoutmet zout van wynfteen bereidten met ge- diftilleerde oliën vermengd; ineene foortvan zwar te (laarof in het begin derzelve. bl. 255. De tweedeover een phofphorisch lichtdoor de uit- vloeifeien van menfehen veroorzaakt; en van de belediging, door deszelfs aanporring te weeg ge bracht. bl. 261. De derdeover eene foort van doofheid, waarin het geluid wel duidelyk gehoord werd; doch de toon van hetzelve, die tot de fa- menipraak noodig is niet konde onderfebeiden worden, bl. 266. De vierdeover een wanftaltig velum palatinum. bl. 272. De vyfde: over een kind,

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1789 | | pagina 104