44
JODEN TE COCHIM.
JODEN te cochim. Gefchiedktmdige naai-rich
ten, betreffende de blanke en zwarte joden te
Cochimdoor adrianus 's gravezande. VI.
Deelbl. 517586. In de Inleiding word de
aanleidende gelegenheid tot het fchryven van deze
naarrichtenen de bronnen, waaruit zy voortge
vloeid zyn, aangewezen: bl. 517. Dan volgen
de naarrichten van den toenmaligen Gouverneur
en Directeur adriaan rioens: met bygevoegde
befcheiden, ter opheldering en nadere verklaring:
omtrent hunnen oorfprong en oudheid op die kust;
hun Kranganoorsch koningryk; hunne voorrech
ten vooral van den Keizer erawi wanmara in
de V. eeuwdat(in het oorfpronkelykemet by
gevoegde Nederlandfche letteren, in eene Plaat,)
benevens de vertaling, word opgegevengelyk ook
hunne lotgevallen tot op dezen tydenz. terwyl
tevens van andere Jodendie in het Oosten huis
vesten, met een woord word gewag gemaakt, bl.
528581. Eindelyk het befluit, zoo ten aan
zien van het verhandeldeals van de Jaden meer
in het gemeen, bl. 582586.
Vervolg der gefchiedhundige naarrichten
betreffende de blanke en zwarte joden te Cochim:
door adrianus 's gravezande. IX. Deel, bl. 515
544. In dit vervolg meldt de gel. Schryverhoe
zyne gefchiedktmdige naarrichten ter kennis zyn
gekomen van den beroemden aardrykskundigen
a. fr. busching: en welk gebruik die Heer
daar-