s.
98 SAFTINGEN. SALAMANDER.
SAFTINGEN. Da oudheid, en lotgevallen van het
Land en de Heerlykheid saftingen zie V. Deel
hl. 52—64.
SALAMANDER. Onderfcheid der salamanderen
van de haagdissen in het algemeencn van de gek
ko's in het byzonderaangetoond door m. hout-
tuyn. IX. Deel, hl. 305336. Dat de hifto-
rie der falamanderen aan groote duisterheid onder
hevig zy, maakt de geleerde Schryvet, uit de ver-
fchiliende berichten van de beroemdfte natuurkenne-
ren op enzonder over de natuur en eigenfchappen
van dit dier uit te weidentoont hy aandat de
onderfcheiding derzelven van de haagdisfenen
dergelyke dierendie van fommigen als zeer blyk-
baar worden opgegevenechter niet in allen deele
voldoen. Dan telt hy zes foorten van haagdissen
op: zynde de laatfte foort de gewone Duitfche,
Franfche Italiaanfbhe landsalamander. De
gekko oflchoon vail fommigen tot de falaman-
ders gebrachtmoet daarvan afgezonderd blyven
deze word van hem gekenfehetsten dan vier foor
ten van dcnzelven befchreven. En eindelyk leert
hy den lezer den falamander ill het gemeen; en
vyf foortcn van denzelven in het byzonder; nader
kennentervvyl achter dit vertoog de iVestïndlfche
gekko met den knolftaartde gefileerde gekko