T WEE GEVECHTEN.
TWEEGEVECHTEN. Verhandeling over de
(hvaasheid en fchadelykheid der tweegevecht
ten: door Mr. willèm scholier. IV. Deelhl.
- 545—576. De behandeling dezer ftof, offchoon
door groote mannen meermalen Opgegevenen oi-
fchoon die razerny onder ons niet zoo fterlc in
zwang gaat, als in Vrankrykis echter niet on
nuttig. hl. 545. In vroegere -eeuwen waren de
tweegevechten niet alleen gewoonmaar werden
geoorloofd gerekend, hl. 550. Wanneer eerst; en
door wien verboden? II. 552. Maar hoe is zulk
een verbod met het punt van eer voor een" edel
man en krygsman begaanbaar? Deze tegenwer
ping word beantwoordtuit overweging van de
zaak zelvein haar gunftigst licht befchouwd
van hare onlietamelykheid en redenloosheidja
deze gewoonte kan niet aangemerkt worden als
een blyk van heldenmoed te min daar zoo fcerk
by plakaten daartegen voorziening is gedaan, hl.
554. En Welk een - gruwel is het tweegevecht,
van de zedelyke zyde aangemerkt, hl. 561. DgcIi
welke is de redendat dit kwaad zoo diep inge
worteld zy Een gebrek in de opvoedingen het
niet uitvoeren der plakatenalsmede uit aanmer
king van ecne tegenftrydigheiddie in dezeiven
plaats heeft. hl. 564. Eindelyk word onderzocht,
hoe die fchaudelyke gewoonte best tegen te gaan?
57'—5/6*
U. UNIE,