8-2 P. HAACK ANTWOORD de perfoonen der Krankbezoekereil zelve, en hun gedrag te zoeken zy. En dit leidt onsom het tweede lid der vooronderllelling korrelyk te be- fchouwendat 'er onder die weinigen zeer weinigen zyn, die men inde daad, o vereenkomftig m et den aar t en het oog merk hunner bediening, goede Krank bezoekers noemen kan. Ik zondere hier gaarne en met felydfchap uit fornmige Krankbezoekers die hunner bediening eer, ja den Christelyken Godsdienst, en deszelfs uitbreiding en voortplan ting, voordeel aanbrengen; en die waarlyk aanmoediging en ruimer be- zolding verdienen maar befchouwen wy anderen, wat zyn zy? doorgaans nienfchen, die of het eene of andere ambacht of beroep geoefend hebben de, het werken moede zyn of hun ne middelen verteerd of hunne ach ting by hunne medeburgeren verlo ren hebbenof uit andere verkeerde beginfelen, en met verkeerde oogmer ken, befluiten Krankbezoekers te wor den; die alsdan de weinige kundighe den van de waarheid van den Christely ken Godsdienst3 die zy bezitten, ter

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1790 | | pagina 132