loo P. HAACK ANTWOORD legaat, tot dit heilzame en godvruchti ge oogmerk, uit de revenues daarvan, zouden willen medewerken? daarop antwoorden wydat het nuttige en godvruchtige gebruik, 't gene die edel moedige beftuurders daarvan wel ge maakt hebben, zoo zy op de rechte wyze daartoe werden aangezocht, ons hieraan geenszins doet twyfelen. 12. Te minder, als 'er van andere zy- den daartoe edelmoedig de behulpfamë hand geboden werden zoude men dan niet eene aanmerkeiyke onderfteuning van de Oostindifche Compagnie zelve; van het Bataviafche Genootfchap der ■Wetenfchappen, dat zoo veel met de daad toont over te hebben voor het welzyn van land en kerk in het Oos ten van edelmoedige ambtenaaren der Compagnie, waaronder 'er zyndie "wy weten naar gelegenheid te ver langen, om hunne zegeningen mede te deelen ter bevordering van den ■Godsdienst in het Oostenen wat zoude 'er niet te wachten zyn van zoo vele weldadige Nederlanders, die gaarne met daden toonen, dat wél te 4oq>

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1790 | | pagina 148