1.7O A. BONN ANTWOORD OVER
buiten ingezondene waarnemingen en
verhandelingen waaronder bykans
geenen gevonden worden die door
beftierende Leden zelve zyn opgeheld,
en op de gewone vergaderingen waren
voorgelezen en verhandeld geworden:
die dus blyken geven, dat aan de oor-
fpronglyke inrichting en grondwetten,
niet zoo veel mogelyk, voldaan word;
en daarom, ook weliicht door de aan-
zienlyke Viisfingfche Maatlchappy, in
de voorgeftelde Vraag, de herlteliing
daarvan bedoeld word.
- g. Het crediet en de achting voor
het befiier der geleerde Maatfchappy-
en in ons Vaderlandkan daarenbo
ven, by eik derzelven, op meer dan
eene wyze verminderen; en daardoor
de faamwerking tot het nutbedoelende
einde verhinderd worden.
Het kan gebeuren, en mogelyk
heeft de ondervinding wel eens ge
leerd, dat nu eene enkele goede waar
nemingdan eene geheele verhande
ling, op de afkeuring van één' of twee
invloedhebbende Beflierders van de
hand gewezendoch naderhandop
eene andere wyze, door den druk ge
meen gemaaktmet algemeene goed-