212 A. BONN ANTWOORD ENZ.
vergaderingen 'konden ingevoerd
worden: zoo {lelie1 menin derzelver
plaats die vriendfchapkweekende
correspondentie door de wetten
der geleerde Provinciale Maatfchap-
pyen zeiven aangeprezeneh op dien
grond, reeds in het voorledensja-ar,
door my voorgéflagen. "'Wanneer
echterook zulk eene briefwisse
ling niet met toegevendhèid en
opoffering van eenig zelfbelang aan
het algemeene nutonderfteund en ge
houden word: oordeele ik het onmo-
gelyk, dat immer, door de gezdmentyi
ke geleerde Maatfchappyen in ons
Vaderland, voldoende fchikkingen kun
nen gemaakt worden.
Ik eindigeen onderfchryve ook
dit myn tweede Antwoord, met de
toepasfelyke zinfpreuk van het Ge-
meenebest, waarin wy leven
B&
T i1 v
CONCORDIA RES PARVAË CRESCUNTJ
DISCORD! A I.i AXIMAE ■DILAEUNTUftl