FUNGUS AAN DEN HIEL. 24 hebbe bygezet; en dan verflag doen van het voornaamfte dat wymet betrekking tot des iyders ongefteld- heid en ziektein zyn lyk ontdekt hebbenzullendezoo ik my niet bedrieg, het eene en andere voldoen de zynom ons een naauwkeurig denk beeld te gevenzoo van het onge mak zelveals van deszelfs gevolgen en teffens, om het gene k by de inlei ding dezer befchryving voorllelde, na der te bevestigen. Om het onderzoek van het afgezet te been op eene gefchikte wyze te beginnennam ik eerst de maat van het gezwel. Ik bevond deszelfs om trek, aan den wortel, van ruim rof dui men te zynterwyl eene koordvan den hiel over hetzelve naar voren ge- flagende lengte had van bykans 9. duimen en toen ik het gezwel op dezelfde wyze overdwars mat, bleek het iets breeder dan langer'te zyn daar de koord hier eene lengte ver toonde van omtrent 91 duimen deze metingen waren zeer gefchikt, niet alleen om ons den juisten omtrek van het gezwel te leeren kennen ■jnaar ook3 om ons te doen zien, hoe Q. a hee

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1790 | | pagina 291