292 G. DE WIND OVER
bovenkaak geplaatstheeft 200 wel
de boven- als onderkaak nog ver-
fcheidene kleine tandjes met fcherpe
punten om de prooi te vatten
terwyl het dier by tend e is. Het ge
tal hiervan is zeer onzeker: en was
oorzaak van den ouderlingen twist
der Oude geneesheeren met betrek
king tot hetzelve. Somtyds vindt men
'er zes of zeven dikwyls minder;
aan de zyden van het opper- en on-
derkakebeen de vergiftige tanden
van het bovenfte kakebeen hebben
aan de binnenzyde van hunne wor
telen kleine gaatjes waardoor va
ten loopen ter hunner voeding. De
Heer meai> toont verder aan dat
de eigenlyke bron van dit venynige
vocht, van het bloed afgefcheiden
haren oorfprong neemt uit klieren
geplaatst o:. de zyden van het hoofd,
aan het achterfte van ieder' oogbol,
onder eene fpier die tot neerdruk
king van de bovenkaak dientin
v/elke plaatfing eene verhevene kunst
zich vertoontdewyl hare werking
de fecretie of affcheiding bevordert
van het vocht, 't welke onder het by-
ten word uitgeperst. Deze kliertjes