EEN WANSCHAPEN KIND. 47I
ren hebben moeten vernietigd zyn
zonder daarvan eenig overbiyffel na
te laten maar ook zoude diezelfde
aandoening hebben moeten werkfaam
zynin de formatie van een geheel
nieuw beenfluk het gene om des-
zelfs wonderlyke gedaante en famen-
ftelling, verdiend had, als een won-
derlyk gewrocht der natuur bewaard
te worden. Dan ik trede hier niet
verder in maar beruste by het ge
zegde, om de palen van een eenvou
dig bericht niet te overfchreiden
alleenlyk merko ik aan, dat onder de
mismaakthedenwaarmede fommige
kinderen geboren worden my nog
geene is voorgekomen, die ik met
eenigen grond aan de inbeelding of
aandoening der moeder konde toe-
fchryven; en ik voor my denke, dat
de voorfchrevene wanfehapenheid een
uitwerkfel zy van aan ons geheel on
bekende oorzaken: zonder dat de in
beelding of aandoening der moeder
hiertoe iets gedaan hebbeimmers
zoolang meerdere kundigheid, en be
ter oordeelmy niet verplichtenom
van gevoelen te veranderen.
UIT*
1