580 J. C. METZLAR# OVER EEN kens maar ééne dier vruchten te gelyk gebruikt worde, Dan wacht men 10 of 12 dagen, en neemt weder, op diezelfde wyze ééne dier vruchten en zoo voorts, tot drie toe. Waar na de lydernaar 's mans zeggenop ondervinding gegrondtzich volko men herfteld moet bevinden. Men behoeft niets na te drinken, daar het van zelve overvloedig werkt: wel ke werkingcirca twee uren na het innemen, zeer natuurlyk, zonder de minfle fnyding, begint. Ook zeide die mandat de blade ren van dien boom zeer nuttig waren voor kinderen, die de nokjes hebben: te weten: men kookt eenige van die bladeren in fchoon water waarmede men de lyders wascht: dit veroorzaakt, dat geene de minfle na- blyvende vlekken, of teekens, ge vonden worden. Ook word de bast van dezen boom gebruikt van menfehendie behebt zyn met de koorts, die niet uit de koek ontflaatwanneer men den bast van buiten affchrapt, te weten het groene daaraf; en dan van binnenzoo het op

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1790 | | pagina 632