86 AVAN 50LÏNQEN, ANTWOORD
naamfte gedeelten der natuurkunde
vooral de gezichtkunde] en byzon-
der devoor den fchilder hoogst-
belangryke, kennis der perfpectif.
Deze tpch befchouwt de voorwer
pen op een' vastgeftelden affiand, en
bepaalt naaukeurige regelen om uit
dat oogpunt, al derzelver onderlinge
evenredigheden, vooruitkomingente-
rugwykingen, lichten, en fchaduwen,
zoodanig te vertoonen, dat zy op on
ze oogen dezelfde uitwerking verwek
ken als zy in de natuur zelve zich
voordoen.
Daar de ondervinding geleerd heeft,
dat het oog der meesteren den tact
van het lichte en bruine en van de
evenredigheid der voorwerpennaar
de verfchillende afftanden, niet beko
men kanvoor dat zy, door eene heb-
lykheid van de toepasfing der regelen
van de perfpectifhun oog gewend
hebbenom als het ware meetkundig
te gisfen j zoo hebben zich verfcheide
aucteuren onledig gehouden, om dezel
ve n op meetkundige gronden voor te
ftellens waaronder voornamenlyk uit»
munten de werken van hondius,
BkS: