B3 A. VANSOUHGEN, ANTWOORD der perfpectif die tbeoretifcbe grondbe- ginfelen zich ten nutte maakt De wysgeeren natuuronderzoeker kunnen veilig by het tbeoretifcbe ge deelte dezer wetenfchap berustenter- wyl aan sulkenwier kundigheden aanfpraak geven tot eigen vindingen, genoegiame ftof van befpiegelmg en beoefening overblyft, in de befchou* wing der luchtperfpectif, daar de dik kere media altyd minder licht doorla ten waardoor een groote verfcheiden» heid van het clair-obfcur der Frdnfchen, in de verdeeling en verfpreiding der kleuren en lichtenplaats grypü. Alle de grondbeginfelen der per fpectif, welke is de perfpectif der na tuur, hervormd tot eene kunst, die alle de voorwerpen, door de natuur aan onze oogen voorgeileld, in hunne juiste evenredigheid naarbootst en daar- Dezen zyn in een' ftrengenmeetkundigenen VQortreflyken leertrant voorgemeldin het uitmun tende werk van jeaurat tot titel voerendeTraité de Tcrfpective a Pufage clep arttftesou Pon demon- tre geamétriquement toutes les pratiques de cette fpienceet ou Pon enfeigne a mettre toutes fortes tPobjets en'perfpectiveleur reverberation dans Peau et leurs ombres 5 tant au foleilqiPau fambeaiu PAius 1750,

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1792 | | pagina 214