OVER DE WIS* NAT, EN TEEKENK. 113
telyk aan de vraag zelve zoude voldaan
wordenik herhaal alleen deze waar
heid: dat de aanleering der rekenkun
de, (niet zoo als dezelve tegenwoordig
in de fcholen onderwezen word; maar
integendeel zoo ingerichtdat elke
kunstbewerking eerst werd voorge
leid, daarna uitgewerkt, vervolgens
betoogden hierna al die gevolgen
werden opgegeven, welken regelma
tig daaruit afgeleidt kunnen en moeten
worden dat zulk eene aanleering der
rekenkunde het opluikende verhand ge
woon zoude maken om meer regelma
tig en hrenger te denkenja dat zy zelfs
aanleiding zoude gevenom afgetrok-
kene denkbeelden te leeren vormen;
en tevens, na aldus het verhand ton
beoefening der wiskundige wetenfehap-
pen te hebben voorbereidt, onmidlyk
den fmaak bevorderen zoude in de fteU
en meetkunst: waarop dan ook de ge
mengde wiskundige wetenfchappen al-
gemeenerderzelver aanleering ge-
maklykeren ook', voor minvermo
genden, onkostbaarder worden zou
den.
Ik weet zeer wel, dat hier terhond
eene zwarigheid zich opdoe zy is
xr. deel. U van