Icn derden: eindelykdat 'er nog
een groot verfchil plaats hebbetus-
fchen het private en het publike on-
derwys: dat, offchoon het laatfle
altyd te verkiezen zy, op dat de jeugd,
aivroeg in het midden der maatfchap-
py gezondenin plaats van misanthro
pes gefchikte leden der famenleving
worden zoudedat nochtans zulke ou
ders, voogden, beiluurders, of opzich
ters welken het niet mangelt aan kun
digheden tydelyke omflandigheden,
of lustom zich met de kweeklingen
te bemoeijenoneindig veel kunnen
toebrengen ter uitbreiding van het jeug
dige denkvermogen; en vooral, om
hetzelve een leerftellig onderwys me
de te deelen van die kunst, welke de
eerfte beginfelen der wiskunde reeds
OVER DE WIS- NAT. EN TEEKENK. 117
jeugd te leeren voor zichzelve denk
beelden te vormen, in het jeugdige
verltand meer orde, meer vermogen
tot ftreng en regelmatig denken, zou
de vinden, dan men zich tegenwoor
dig verbeeldt terwyl deze groote
taak, zoo gefchikt om het veriland te
vormenen voor zichzelve te doen
werkfaam zyn, thans (ongelukkig) vry
algemeen verwaarloosd word.
B 3 da*