OVER DE WIS- NAT. EN TEEKENK. 12$ kundigheden dadelyk over de fid- en meetkunde zelveen over alle de an dere gemengde wiskundige wetenfchap- pen, verfpreidenen hierdoor onmid- lyk lust en gefchiktheid opwekken zullen, om die te beoefenen. Immers: VI. Eene zekere maat van be kwaamheid in de wiskundige rekenkun de, geeft eene onmidlyke aanleiding tot de (lel- en meetkunst; als zynde weten- fchappen van denzelfden aard; allen behoorende onder den rang der wis kunde. Het is onmooglyk, dat zul ken welken het gelukt is eene heblykheid te verkrygen, om de rekenkunst wis kundig te behandelen, niet alleen ter- ftond aanleiding tot de flel- en meet kunst verkrygen zouden maar ook dat derzelver beoefening hun niet veel gemaklyker zoude vallen: zoo dat net niet misfen zal, of zulk eene beoe fening der rekenkunde zal het getal van hendie de wiskundige wetenfchappen. beoefenen, aanmerklyk vermeerderen; en deze in algemeenen trein zynde, mag men met recht verwachtendat ook de wiskundige natuurkunde het hoofd zal opfteken. Wanneer het verftand al vroeg aan betogen en het trek ken

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1792 | | pagina 251