il6 a. van solingen, antwoord
XIII; VRAAGSTUK.
Den teerlingsworte! van een teer*
lingsgetal te trekken.
Na de conftructie volgt deze
DEMONSTRATIE.
Zoo een teerlingsgetalbeftaat uit de
teerlingen der declen benevens de qua
dralen van elk deelvermeenigvuldigd
met het andere deelieder driemaal ge
nomen, zoo is de regel goed. Maar het
teerlingsgetal bellaat enz. Ergo!
Na een genoegfaam getal voorbeel
den van vierkante en teerlingsworte!-
trekkingen te hebben opgegeven: kan
in en by rechtmatige gevolgtrekkingen
19 de getallen tot zulke bewerkin
gen leeren ordineren
29 de leer der geniiuren ontwik
kelen, en die van de hoogere machten
in 't algemeen: hiertoe gebruik
makende van de tafel der genituren
zoo als dezelve by een' ouden en voor-
treffelykenrekenkundigen, h. de graaf
■{Beginjelen der lelkonst1662 bladz.
138.) is opgegeven, en die door nie-