194 a. van solingenantwoord
naar evenredigheid van een gedeel
te des geheelen kapitaals; weshalve
men, dit gedeelte voor den inleg des fa-
ctoctrs gerekend zynde, deszelfs/««oorr-
loon volgens de gezelfchapsrekening
vinden zal. Zoo word ook in de
vee weiding de hoeveelheid, die elk
in het land betalen zalberekend vol
gens het genot, dat hy, naar 't getal
der beesten, welken voor ieders hoofd
weiden, van het land heeft.
Op dezen regel van gezelfchap be
rust ook het gantfche leerlluk van den
zoo beroemden regel van alligatie:
waarin de verfchillen van elk fyns in
een metaal tot de hoegrootheid van het
fyn, 'tgene men begeert, een gezelfchap
uitmaken, waarvan elk het zyne toe
brengt om het begeerde fyn uit te
leveren. De vraag is dan, hoeveel
men van elk nemen moete, om het be
geerde geheele fyn te verkrygen? en
men antwoordt: de lom der verfchil
len geeft het geheele fynhoeveel fyn
geeft ieder verfchil
Elk begrypt, dat ook deze reke
ning van gezelfchap famengefteld kan
voorkomen: als by voorbeeld door
den tyd: dewyl ieder zooveel meer
ia