OVER DÈ Wis- NAT. EN TEEEENK. iC)§ in de winst behoort te deelen, naar mate zyn geld langer gewerkt heeft: en zóo ook het land zal behooren be taald te wordennaar mate het ge bruik (dat is het getal der beesten, faamgefteld met den tyd welken zy geweidt hebben) grooter is: in welk geval men zich van den famengeftel- den regel van drieën bedienen zal: wordende alsdan elke inleg gemulti pliceerd door den tydwaarin de inge-, legde fom gewerkt heeft. Wyders dienttè worden aangemerkt: dat men dezen regel merkelyk bekor ten zal, wanneer men de productent die uit elk kapitaal met tyd zyn voortgekomen, door gelyke getallen deelt: dewyltmen hierdoor met klei nere getallen werkt; en tevens weet, dat de evenredigheid niet veranderd worde, wanneer men homologe term eft door gelyke getallen deelt. Het blykt ook uit het voorgaandedaÉ men, zoowel als elks aandeel in de winst of het verlies; zoo ook, de drie overigen (en in den famengeftelden re gelde vyf overigen) bekend zyndeeen' van de andere fermen vinden kan: £00 kan men door elks bygöndefett N a int

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1792 | | pagina 321