de beleeningen op góederen. 221 gen; en aan Hoogdezelven verzoe ken: dat, indien hun ontwerp de goedkeuring van hun edelmog. mocht wegdragen, Hoogdezelven alsdan het oprichten van zooda- nige beleeningkamer niet Hechts ge- 5, liefden te begunftigenmaar ook van wege der Provincie zeeland eene negoüatie uit te fchryven, tc» gen drie ten honderd: ter forme' ring van een fonds voor zoodanige beleeningkamev. Dat, volgens eene ruwe calculatiei aan hen was voorgekomen, datdaar- toe misfchien een kapitaal van een millioen guldens vereischt zoude worden: dan, daar dit met geene genoegfame zekerheid a priori tebe- palen ware, zy van gevoelen zou- den wezenom de geldlichting op obligatien voor dit fonds provijioneel te bepalen op vyfmaalhonderddui- zend guldens; met re/erve, om (in-, dien de toevloed van de geldopne- j, mers grooter werdde negoüatie als- dan tot een millioen te doen uit- ftrekken": enz. Om de lust tot deelneming by de in gezetenen op te wekkenzoude mis- fchieg

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1792 | | pagina 347