de beleeningen op goederen. 233
lat ie oordeelde noodig, te hebben één
millioen guldensdat 'er dan proviftO'
tieel niet meer dan vyfmaal honderddui-
zend guldens genegotiëerd moesten wor
den; doch met re/erve, om (by
grooteren toevloed,) de negotiatie tot
een millioen guldens te doen uitftrek-
ken. Dit was in die vooronderftel-
ling, dat 'er op dien tyd eene meer
algemeene doorftraling van penningen
onder de ingezetenen van ons Land,
wederom moest plaats hebben: en op dit
fundament yverde ik ook Iterk, om
de beleeningen niet anders, dan door
contanten, te doen. Maar wanneer
men oordeelt de uitvoering daarvan
reeds nu ten voordeele der commercie
van zeeland te moeten beginnen:
als vooronderftellende, dat de tegen
woordige conjuncturen des handels ge
gronde hoop gevenom defcheepvaart
en commercie van zeeland te doen
herlevenvooral door de thans fubji-
flerende troubles in vrankryk. en
Brabant: welken onvermydelyk
aanleiding zullen gevendat de fran-
sche en brabantsche natiën eenige
jaren noodig hebben, eer zy alle
yoordeelen des handels zeiven kunneft
P 5 pluk-