238 J. V. MULLER 5 ANTWOORD OVER
voof de helft of één derde, in quit ancien
en de rest in contantenkunnen gedaan
worden:— en indien men dan by dus
danige inrichting het geluk had, om
de gemelde quitancien in zoo verre het
publik credit te doen verwerven, dat
men van de f 250000 Hechts één ton
konde laten circuleren: dan zouden de
interes/en van de f 500000 contanten
uit de beleening voortvloeijendein de
eerfte vyf jaren kunnen geconfidereerd
wordenals alleen te zullen ftrekken
tot betaling der interesfen van 3 pro-
cento 's jaars aan de deelhebbers of
actiehoudersen verder tot goedma
king van de noodige onkosten.
Qndertusfchen zoude de lom van
100000, welke in quitancien als geld
gecirculeerd had, ten minften 4 pro-
cento interest's pais opbrengen: 'tgene
dus jaarlyks wezen zoude 4000.
en in vyf jarenby de eerfte uitlo
ting eene fom van J 20000.
Deze j aoooo overwinst, die voor
honderd uit te lotene aandeelen of
actiën door elkander bedragen ƒ200
voor ieder actie van 1000, zoude men
alsdan in deze of dergelyke verdee
ling
