VOORBERICHT, xxxv
die weleer de voornaamde en belangrykfte posten
in hetzelvetot nut van zyn Vaderlanden deze
zyue Geboortcftadbekleeddewanneer wy beden»
ken, wat by al beeft toegebracht tot den opbou en
in ftandhouding van het zëeusciie Genootfchap en
de erectie van dit Departementdat voor verre bet
grootftc deel aan hem alleen zyne opkomst en aan
wezen verfchukligd iswanneer wy ons voor oogen
ftellen 'sftlans groote. talenten beminnelyk en vre
delievend karakterGodsvruchtmededeelzaamheid,
en andere Chriftelyke deugden; en daarby zyneon
vermoeide pogingen ter bevordering van alle nuttige
kuilden en wetenfcbappen waarvan (ondei; anderen)
dit museum, en de wys, waarop hetzelve is tot
ftand gebracht, ten allen tyde een (prekend en edel
moedig bewys zal opleverenwanneer wy, zeg
ik, dit alles met eenige aandacht opmerkendan,
tv'iyne Heeren! zullen wy, zoo my niet alles bedriegt,
moeten erkennen dat wy in hem waarlyk een' Grooteu
man verloren hebben: en dat zyn verlies in velen
opzichte en voor velenonherftelbaar is.
Dan, Myne Heeren 1 wat zullen of kunnen wy
in deze doen? Het is GODS wildien wy hierin
gelyk in alle andere treffende onheilenmoeten eer
biedigen verzekerd zynde, dat niets by geval ge-,
fchiedt; dat GOD, de Opperde Beftuurder derwae-
reld alles met eene oneindige wysheid tot ons mees
te heil befchikt; en dat, fchooii wy zwakke fterve-
fiagen de byzoudere en goede oogmerk®» va» den
***3, Ai'