256 J. F. MULLER ANTWOORD OVER en by het bewys ter beleenihgkamev vertoond, dat de goederen voor de- zeiven in ontvang genomen zyn: dan dient de geldopnemer aan Heeren Commislarisfen eene obligatie te teelte nen, waarin hy bekentzoodanigefom- van Hun Ed. te hebben ontvangen om dezelve na maanden met den interest tegen ten honderd in het jaarpromt te zullen voldoen. Misfchien konde ook hierin tevens gespecificeerd worden de bepaling van tyd ter waarfchouwing ingevaile de aflosfing vóór den bepaalden tyd mocht plaats hebben. Aan het ein de der obligatie dienen de goederen gefpectficeerd te worden, welken hy voor de lomin de obligatie uitgedrukt tot een onderpand aan Heeren Com mit far is fen in handen gefteld heeft. De kosten van het zegel, tot de obliga tie gebruikt wordendedient de geld» vrager uit de hand te betalen; en het formulier der obligatie konde gedrukt worden. Zie daar WelEdele Heeren! een ruw gefchetst plan, op het voorftel, ter beantwoording uitgefchreven ona een middel aan tc wyzenter ver- kry-

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1792 | | pagina 382