284 S. A. DE MORAAZ, ANTWOORD ïneer aan de zuiverheid, dan wei aan de lichtheidder bovenlucht toe te lchryvendat de Heer p. bry- DONE [b"\ op den berg Aetna, (wiens hoogte hy, volgens den Hand des ba rometers op 12000 voeten gist, en waarop hy door een derde gedeel te zwaarte van lucht minder, dan aan den voet des bergs, gedrukt werd:} zich niet bezwaard, afgemat, of dof- geestig gevoelde; maar integendeel eene ongemeene bedaardheid en kalmte van geest gewaar werd, waarover hy zich dus uitlaat: Men heeft waargenomen: en ik kan by ondervinding zeggen, dat w die waarneming gegrond t isdat op de toppen der hoogde bergen, alwaar de lucht onvergelykelyk fy- ner en zuiverer is, dan beneden; en alwaar men niet gedrukt word 3, door die ontzachlyke zwaarte van grove dampen, of liever (zooals ik my zoude uitdrukken) alwaar men bevrydt is van die fchadelyke dampen en uitwafemingen: waarmede de lagere deelen van onzen atmofpheer ver: 'bReizedoor sicilie en maltha, L Deel bh 173. 811 174.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1792 | | pagina 410