OVER DE KINDERPOKJES. 353 pok hier te lande, gezette tyden houdt, én ten naaste by om de vyf jaren op nieuw in zwang gaatgelyk de ondervinding in den haag, federt eene meenigte van jaren, den Heer schwenRë geleerd heeft: en dat men verfcheidene voorbeelden hëeft, hoe, in dien tüsfchentyd, plkatferi door befmetting aangedaan worden, zon der dat dezelve zich verfpreidt. Bo vendien blykt, uit de voorrede van dien fchryver, dat zy in de Provin ciën van eengalen maar byna alle zeven jaren eene volksziekte uitma ken fcHöon aldaaf jaarlyks eene meenigte perloonen, zonder dat de befmetting zich daardoor veffpreidt, worden ingeënt. In ysland heer- fchen zy maar omtrent alle twintig jaren, zoo als bartholinus van de iudentendie vandaar kwamen, ge hoord heeft. Dan, hoe dit ook zy, dit is zeker, dat uit al het gene, wat ik op die plaatfendaar myne practyk zich uitdrekt, zelf ondervonden en. van veel vroeger tyden af heb kun nen naarfpeuren, my alleen maar ge bleken is, dat als de kinderziekte al" daar geheerscht hadzy alsdan ee- XV. DEEL. Z ni-

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1792 | | pagina 479