362 S. A. DE MORAAZ, ANTWOORD word: is by de inenting, hoe koud ook het weder zy, een geneesmiddel, dat niet gemist kan worden; en in het bedaren der uitbottingstoevallen won deren doet. Ten vierdende natuur- lyke befmetting valt dikwyls voor op een' allerongelegenften tyd in het flechtfte jaarfaifoen; of ook wel op een' tyd, dat andere befmettende ziektendie zich dan met de pokziek te kunnen vermengenheerfchende zynmaar dit alles vermydt men by de inenting. Nog eindelyk fchynt my: ten vyjden; eene der voornaamfte re denen deze toedatgelyk een fp'iin- ter, of ander vreemd lichaam, hoe langer het in eene wond zit, des te meer fchade toebrengt; even zoo de pokfmet, hoe langer zy zich in een lichaam ophoudtdes te na- deeliger uitwerkfelen baart. Dat nu de pokfmetdoor de natuur medege deeld, zich eenige dagen langer, aan het gif, door inenting aangebracht, fchuil houde, heb ik te voren reeds aangetoond. Zie daar dan de rede nen, waaruit ik billyk meen te mo gen befluiten: dat de inenting meest altoos veel gunlliger, dan de natuur-

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1792 | | pagina 488