zenuw- OVER DE KINDERSOKJES. 367 dampkring opheffen j en bovendien aan onze vaste deelen en vochten zulk eene hoedanigheid geven, wel ke hen gefchikt maakt, om de pok- fmet te ontfangen, en daarmede fa- men te werkenom deze ziekte voort te brengen. Ook heb ik breed voerig getoond, welk eene verfchil- lende uitwerking eene byzondere dampkringsgelteldheid op de allerge- zondftenen veel meer nog op zie ken en zwakken, te weeg brenge: waaruit men lichtelyk kan opmaken, welk een' aanmerklyken invloed zy ook op de kinderpokjes hebben moet. Sy denham heeft reeds in het jaar 1681. in engeland, byzulk eene ongemeene droogteals geen e menfchen geheugde, waargenomen: dat de kinderpokjes, die toen heerschten, met meer dan gewone ontfteking en derzelver toeval len verzeld gingen. Ook leert de dagelykfche ondervinding, dat de kwyling in deze ziekte veel overvloe diger worde in een' vochtigen, dan by eenen droogeren dampkring. Ook nog bevindt men de eene luchtsge- fteldheid gefchikt, om koortfen met ontlleking; eene andere omflepende

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1792 | | pagina 493