14 1» o r R e l) e. ingetogene zedigheid en ftilzwijgenheid'cr nimmer eenigen ophef van tnaakte. Had de alles befui- rende Voorzienigheid hem in eenen of anderen post van *t eerste aanzien geplaatstwaar toe hijvol gens zijne geaardheidbeftemd fcheenen, volgens zijnen aanleg, voor berekend was, hij zoude, hier aan zal niemand twijfelen, die winckelman legt gekend heeft, als eene fier van de eerste grootte aan Neêrlands Staatsheroel geflonkerd hebben. Dan dit zocht, dit begeerde hij niet: immers niet in zijnen verderen gevorderden leeftijd ofl'choon daar toe aangezochtgevoelende al het gewigt van en de verantwoordiuge wegens zulke posten niet Hechts aan menfchen maar vooral aan den Opper- Regeerder der Waereld; en hoe de inwikkeling in liet be Huur van Staatszakenen de daar aan ver knochte aardfche grootheid en beilommeringen de eeuwige dingenter bevordering van onze wezent- lijke belangen maar al te veel uit het oog en hart doen verliezen. Dan kceren wij tot zijn vroegeren leeftijd te rug, om te befchouwenniet wat hij geweest zoude zijnzoo hij in eenen verheveneren kring ware ge plaatst, maar wie hij in dien loopbaan, waarin hij gefteld is geweest, zich betoond heeft te zijn. De Groninger Hcoge - School met lof verlatende keerde hij tot zijne geboorte-Stad Viisfingen te rug. Nu zettede hij met eenen meer dan aan zijne jaren gewonen ijverzijne Studiën voorten bevlijtigde zich op de kennis der Algeiheene en Vaderlandfche gefchiedenis in het gemeen, en die van Zeeland en VIL--

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1807 | | pagina 106