1 O t R S B Erf- SS Vlisfingen in 't bijzonder: overtuigd van welk eèri belang derzelver toepasfingop vele gevallen zij voor' iemanddie niisfchien eerlang tot eenen of anderert post van regering zal geroepen, ofineenigbeftiuir van zaken gefield wordenwanneer hij ook reeds in meer dan eene betrekking blijken gaf van zijnen werkzamen aart. Wegens zijne bekwaamheden WeÜ ras meer en meer bekend wordendewierd hij door Zeelands Staten in den rampfpoedigen oor-< log met Frankrijk, in het jaar 1747. tot Conunis- faris benoemd, om over de uitwisfeling onzer ge-» vangene Zeelieden te Duinkerken te handelen. Zij- uen last in dezen toet lof pas uitgevoerd hebbende kreeg hij, nog voor zijne terugkomst, aanfehrij.» ving, om zich naar Parijs te begeven, tot wederei- fching van een te onrecht genomen Schip. Deze last, welke hij, niet minder dan den vorigeit, ton genoegen van zijne hooge Committenten uitvoerde gaf hem gelegenheid, om de voornaamife merk- •waardigheden, zoo in die vermaardeWaereldftad als in verfcheidene andere Franfche Steden en Plaat zen, met eene opmerkzaamheid, winckelman- eigente bezigtigenbij deze gelegenheid genooB hij ook de eer en het genoegenom aan den Ko ning voorgefteld te wbrden en met hem een gefprek te houden. Kort na dat hij, uit Frankrijk in zijn Vaderland was wedergekeerdwierd hij onder de Radenin de regering zijner geboorte-Stadaangefteld en niet lang daar na tot Commis Generaal van de Convooiien en Licenten in deze Provincie: een 1, Diil. 8 Post,

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1807 | | pagina 107